Vanavond stond Karel (Shofar, Mr. LC Sax) voor mijn deur met twee grote koffers. Hij had twee LC (Lien Cheng) baritons voor me meegenomen om te testen; een B601 en een B602. Het verschil tussen de twee is de legering; de B602 bevat 85% rood koper.
Een eerste inspectie; beide baritons zien er keurig afgewerkt uit. Strak in de goudlak, mechanisch soepel, en met een degelijk gevoel. De applicatuur loopt soepel, zonder springerig te zijn. Ook de luxe ABS koffers die meegeleverd worden geven een prima indruk. Handige wieltjes!
Dan het spelen; ik heb iets meer dan een uurtje beide saxofoons kunnen uittesten, en kunnen vergelijken met mijn Martin bariton. Genoeg tijd voor een goede eerste indruk. Ik gebruik zelf de bariton voornamelijk voor jazz, dus dat is ook mijn referentiekader.
Allereerst het slechte nieuws; sorry Karel, maar ik geloof niet dat ik mijn Martin bariton ga inruilen tegen een LC. Daarvoor ben ik teveel gehecht aan het typische Martin gevoel en geluid, vooral in het laag. Hoewel zo'n mooie rollende lage A natuurlijk ook wel iets heeft, en in moderne muziek voor bariton vaak gevraagd wordt.
Dat gezegd hebbende, met name de B601 bariton heeft een heel positieve indruk bij me achtergelaten. Het is altijd even wennen aan de moderne applicatuur en het andere blazen, maar wanneer je moderne instrumenten gewend bent zou dat geen enkel probleem mogen zijn.
In eerste instantie heb ik beide baritons getest met mijn Yanagisawa #7 mondstuk, dat eigenlijk altijd op mijn Martin zit. Daarmee gaf ik duidelijk de voorkeur aan de B601. Daar kwam het geluid beter mee weg, en de klank kwam helderder over. Bij de B602 had ik het gevoel dat het geluid meer in de beker bleef hangen. Omdat Karel vertelde dat vrijwel iedereen koos voor de B602 heb ik een aantal keren gewisseld. Maar mij beviel de B601 toch echt beter. Bovendien spraken de front F en altissimo F# wat makkelijker aan op de B601. De LC Baritons hebben ook een F# klep, maar ik ben ouderwets wat dat betreft.
Ondanks dat ik mijn Martin (lage Bes) bariton vooral in het laag ronder en voller vond klinken zou ik het absoluut geen straf vinden om op een Lien Cheng te moeten spelen (vooral de B601). Ik moest voor een vergelijking met andere moderne baritons uit mijn geheugen putten. Mijn indruk is dat de LC baritons in het midden en hoge register wat minder dun zijn dan de andere Taiwanese baritons (o.a. Jupiter en Le Monde) die ik geprobeerd heb. Zoals gezegd, uit mijn geheugen, dus erg subjectief.
We hadden de saxofoons eigenlijk al weer ingepakt toen ik het idee opbracht om ze ook eens met een klassiek mondstuk te proberen; een SML Steelite R4. Omdat ik eigenlijk alleen in bigbands en een jazzkwartet speel ligt dat mondstuk bij mij vooral ongebruikt in de kast. Ik heb ook nog een Meyer 7 en een Otto Link ToneEdge 6*, maar beiden heb ik op dit moment uitgeleend. De B602 was een verrassing met de SML! Waar ik hem met de Yanagisawa een beetje dof en dun vond, leverde de combinatie met de SML een heerlijk romige klank op. Een heel fraaie combinatie voor klassiek en harmonie spel. De B601 vond ik met dit mondstuk wat minder uitgesproken.
Om het samen te vatten; de LC baritons hebben een positieve indruk bij me achtergelaten. Goed afgewerkt en lekker speelbaar. Voor wie op zoek is naar een moderne bariton zeker de moeite van het proberen waard. Ze missen beiden de vette sound van een ouderwetse Amerikaanse Bes-bariton, maar daar staan de moderne applicatuur en de lage A tegen over. Voor bigband en jazz combo zou ik de B601 kiezen, terwijl de B602 voor mij vooral in een harmonie of klassiek kwartet tot zijn recht zou komen.
Karel, bedankt dat ik uitgebreid je instrumenten heb kunnen testen!